Sinds de Reformatie zingen protestanten in de eigen taal. Ds. Klaas Holwerda legt uit hoe dat zo is gekomen.
Ter gelegenheid van 500 jaar protestantisme gaat de estafette ‘Als een lopend vuur’ door alle Nederlandse provincies. ‘Het lied op onze lippen’ is in Noord-Holland het thema. Vijf vragen over protestantse kerkmuziek aan ds. Klaas Holwerda, predikant in Amsterdam en secretaris van de Interkerkelijke Stichting voor het Kerklied.
Aandacht voor protestantse kerkmuziek mag rond 500 jaar protestantisme niet ontbreken?
,,Het zou inderdaad vreemd zijn geweest wanneer het kerklied niet een van de twaalf thema’s was geweest. Het priesterschap van alle gelovigen was een kenmerk van de Reformatie, zeker ook bij Luther. Net als andere hervormers wilde hij het volk een actieve rol in de eredienst geven. De gemeente werd drager van de liturgie in plaats van toeschouwer op afstand van niet-begrepen woorden en handelingen van de geestelijkheid. De Reformatie, Luther niet in de laatste plaats, heeft ingegrepen op dit punt en bijgestuurd.’’
Luther niet in de laatste plaats?
,,Luther was niet de enige, bij hem was het wel een centraal punt: gemeentezang in de volkstaal, niet meer in het Latijn. Hij bewerkte vooral bestaand repertoire, naar tekst en melodie. Luther was evenmin de eerste. De Moravische beweging rond Johannes Hus kende een halve eeuw eerder al kerkliederen in de volkstaal.’’
Lees verder op https://www.protestantsekerk.nl/actueel/nieuws/zingen-in-de-eigen-taal
Categories: Geen categorie