Thema van deze dienst: ‘Leven na de dood’
Welkom
De kaarsen worden aangestoken.
In stilte zoeken wij Gods aanwezigheid.
Allen gaan staan.
Bemoediging:
v.: Onze hulp is in de Naam van de Eeuwige.
a.: Die hemel en aarde gemaakt heeft.
v.: Die trouw blijft tot in eeuwigheid
a.: en niet laat varen de werken van Zijn handen
v.: Genade zij u en vrede van God onze Vader en van onze Heer Jezus Christus, in de gemeenschap
van de Heilige Geest,
Amen.
Allen gaan zitten
Inleiding op de dienst
Gebed om ontferming
afgesloten met:
v.: Heer, ontferm u over ons,
a.: Heer, ontferm u over ons
v.: Christus, ontferm u over ons,
a.: Christus, ontferm u over ons
v.: Heer, ontferm u over ons,
a.: Heer, ontferm u over ons.
Amen
1e Lezing: 2 Korinte 4: 13 – 5: 10
Er staat geschreven: ‘Ik bleef vertrouwen, daardoor kon ik spreken.’ In datzelfde vertrouwen spreken ook wij, omdat we geloven en weten dat hij die de Heer Jezus heeft opgewekt ook ons, net als Jezus, zal opwekken en ons samen met u naar zich toe zal voeren. Dit alles gebeurt omwille van u, zodat Gods goedheid, die zich door steeds meer mensen verbreidt, ook tot steeds meer dankzegging leidt, tot eer van God.
Daarom verzaken wij onze plicht niet. Ook al gaat ons uiterlijke bestaan verloren, ons innerlijke bestaan wordt van dag tot dag vernieuwd. De geringe last die we tijdelijk te dragen hebben, brengt ons een eeuwige luister, die alles omvat en alles overtreft. Wij richten ons niet op de zichtbare dingen maar op de onzichtbare, want de zichtbare dingen zijn tijdelijk, de onzichtbare eeuwig.
Wij weten dat wanneer onze aardse tent, het lichaam waarin wij wonen, wordt afgebroken, we van God een woning krijgen: een eeuwige, niet door mensenhanden gemaakte woning in de hemel.
Wij zuchten in onze aardse tent en zouden willen dat onze hemelse woning er nu al over wordt aangetrokken. We zijn er echter zeker van dat we ook ontkleed niet naakt zullen zijn. Zolang we in onze aardse tent verblijven zuchten we onder een zware last, omdat we niet willen dat deze kleding wordt uitgetrokken; we willen dat er nieuwe over wordt aangetrokken, zodat het sterfelijke door het leven wordt verslonden. Hiervoor heeft God zelf ons gereedgemaakt, door ons de Geest als onderpand te geven.
Dus wij blijven altijd vol goede moed, ook al weten we dat zolang dit lichaam onze woning is, we ver van de Heer wonen. We leven in vertrouwen op God; wat komen gaat is nog niet zichtbaar. We blijven vol goede moed, ook al zouden we ons lichaam liever verlaten om onze intrek bij de Heer te nemen. Daarom ook stellen wij er een eer in te doen wat God wil, zowel in dit bestaan als in ons bestaan bij hem. Want wij moeten allen voor de rechterstoel van Christus verschijnen, zodat ieder van ons krijgt wat hij verdient voor wat hij in zijn leven heeft gedaan, of het nu goed is of slecht.
l.: Dit is het woord van de Heer.
a.: Wij danken God.
Evangelielezing: Markus 12: 18 – 27
18 Er kwamen enkele Sadduceeën naar hem (Jezus) toe; volgens de Sadduceeën is er geen opstanding uit de dood. Ze vroegen hem: 19 ‘Meester, Mozes heeft ons het volgende voorgeschreven: “Als iemand sterft en een vrouw achterlaat, maar geen kinderen, moet zijn broer die vrouw bij zich nemen en nakomelingen verwekken voor zijn broer.” 20 Er waren eens zeven broers. De eerste nam een vrouw en stierf zonder nakomelingen; 21 de tweede nam haar tot vrouw, maar stierf ook zonder nakomelingen; en met de derde ging het net zo. 22 Geen van de zeven kreeg nakomelingen. Het laatst van allen stierf de vrouw. 23 Wiens vrouw zal ze dan zijn bij de opstanding, wanneer ze opstaan uit de dood? Alle zeven zijn ze immers met haar getrouwd geweest.’ 24 Jezus antwoordde: ‘Dwaalt u niet? U kent blijkbaar de Schriften niet en evenmin de macht van God. 25 Want wanneer de mensen uit de dood opstaan, trouwen ze niet en worden ze niet uitgehuwelijkt, maar zijn ze als engelen in de hemel. 26 Wat betreft de opwekking van de doden, hebt u in het boek van Mozes in het gedeelte over de doornstruik niet gelezen dat God tegen hem zei: “Ik ben de God van Abraham, de God van Isaak en de God van Jakob”? 27 Hij is geen God van doden, maar van levenden; u dwaalt vreselijk!’
v.: Lof zij U Christus.
a.: In eeuwigheid. Amen.
Orgelspel: Lied 913 (Wat de toekomst brengen moge)
Verkondiging
Orgelspel: Lied 513 (God heeft het eerste woord.)
Dank- en Voorbeden
Met als acclamatie: (a.:) Adem van God, vernieuw ons bestaan (368g)
Stil gebed
“Onze Vader”
Wegzending en Zegen
Amen
Orgelspel
Er is één collecte bij de uitgang bestemd voor de kerkvoogdij én de diaconie.
Digitale collecte: U kunt ook thuis geld overmaken, zoals u dat gewend bent, op bankrekeningnr: NL96RABO03073123727 ovv “collecte”
Er is één collecte, deze zal naar verhouding van de in 2017 en 2018 ontvangen collectes voor diaconie en kerkvoogdij naar beide worden verdeeld. Alvast heel veel dank.
NB: bij een digitale collecte is het niet mogelijk collectebonnen te gebruiken.
Liederen: Liedboek (Zingen en bidden in huis en kerk)
Lezingen: Nieuwe Bijbelvertaling (NBG)
Categories: Geen categorie